Kattenbos in bloei blijft verwonderen. Het populierenbosje is een moerasbos dat op veel plaatsen jaarrond natte voeten heeft. Niet ideaal voor populieren, maar ecologisch zeer waardevol. We laten het bos dan ook geleidelijk omvormen tot het moerasbos dat het wil zijn terwijl de populieren één voor één afsterven. De strijd tegen de bramen en brandnetels moeten we er voorlopig bijnemen. Maar verborgen onder dat alles zit een prachtige collectie voorjaarsbloeiers. Het kleine bosje heeft een ontdekkingspad van 700m, dus we starten onze wandeling buiten het bos en verkennen eerst de omgeving Wessegem en wandelen langs de zuidrand van de cuesta. Daar zijn met het Koningsbos en de Ganzekleit de zuidelijke uitlopers van het Drongengoed te vinden. De voorbije jaren kocht het Agentschap Natuur & Bos hier al enkele percelen op om de overgang tussen natuur en landbouw geleidelijker te maken. Het biedt ons de kans om de nieuw aangelegde poelen en de ondertussen goed ontwikkelde houtkanten te ontdekken. De eerste boerenzwaluwen, roodborsttapuit, zwartkop en zoveel meer, laten zich horen en zien. Op de terugweg lopen we rond de meersen van het Zegbroek, waar watersnippen vanuit de grachten opvliegen en nemen we ook daar een kijkje op de graslanden van natuurpunt in dit gebied. Voorlopig is dit nog niet erkend als natuurgebied, maar het potentieel is groot. De natte gronden zijn zelden berijdbaar met de tractor en lopen jaarlijks onder water. In de poelen vinden we vanop de oever een verscheidenheid aan leven met onder andere waterranonkel, poelslakken, kikkervisjes en -dril. Een pas bewerkte akker biedt ons nog een mooie verzameling meeuwen, waaronder ook enkele kokmeeuwen en zwartkopmeeuwen. Om uiteindelijk nog een tochtje door het Kattenbos te maken voor de liefhebbers. Bosanemoon, grote muur, slanke sleutelbloem, speenkruid, dotterbloem en muskuskruid staan op verschillende plaatsen te stralen in de lentezon. Ook klein hoefblad en een zaailing Europese vogelkers kunnen ons bekoren. Het is ondertussen al iets voorbij de middag wanneer we als uitsmijter bij het verlaten van het bos nog een vleermuis zien vliegen. Het dier landt op de populieren langs de straatkant en blijft daar even hangen. Wellicht ging het om een dwergvleermuis (kleine of gewone) of laatvlieger. Deze soorten overwinteren op droge plekken en waar ze voor de winterslaap voldoende vet opslaan, moeten ze soms uitvliegen om te drinken. Dit gebeurt ook vaak overdag, maar het blijft vooral een bijzondere waarneming om een vleermuis midden op de dag te zien fladderen. In ieder geval een geslaagd uitje en we zien jullie graag op de vroegmorgen wandeling met ontbijt op 4 mei!